College 11 - Claude Lefort Flashcards Preview

Sociaal en Politieke Filosofie > College 11 - Claude Lefort > Flashcards

Flashcards in College 11 - Claude Lefort Deck (9)
Loading flashcards...
1
Q

Vertel iets over Claude Lefort, wie was hij?

A
  • Leefde in de 20/21ste eeuw
  • fenomenologische filosoof die zowel descriptief als normatief schrijft
  • niet bekend van boeken maar essays
  • is een invloedsbron voor veel verschillende denkers
  • is zelf beinvloed door machiavelli, marx en arendt
2
Q

Lefort uit kritiek op veel bewegingen. Wat is zijn probleem?

A
  1. ) Dat veel intellectuelen ’blind zijn voor het politieke’ en alleen maar bezig zijn met het beschrijven van de politiek.
  2. ) Dat marxisten de democratie verwerpen, omdat ze het zien als een bourgeois regeringsvorm. Zo kiezen ze blind voor ‘socialistische’ regeringsvormen.
3
Q

La politique / Le politique:

Wat bedoelt Lefort wanneer hij zegt dat sociologen en politicologen ‘het politieke verschijnsel’ afbakenen?

Wat is daar het gevolg van?

A

Dat ze een duidelijk onderscheid maken tussen de politiek (instituties) en andere sociale, juridische, economische sferen enz. Wat volgens Lefort op zichzelf allemaal politiek is.

Het gevolg is dat ze niet de samenlevingsvorm onderzoeken die ten grondslag ligt tot die verschillende verschijnselen (het politieke)

4
Q

Wat is het verband tussen het politieke en de politiek volgens Lefort?

A

Het politieke is de instelling van de samenleving. De samenleving creëert een bepaald symbolisch beeld waaraan ze uiteindelijk haar vorm en inhoud aan ontleent - > die vorm en inhoud is uiteindelijk de politiek.

Die instelling gebeurt op een achtergrond die gekenmerkt wordt door een (mogelijk) conflict, net als bij Mouffe.

(In de video ‘I am our king’ zie je hoe het symbolisch beeld dat een samenleving van zichzelf heeft, bepaalt of het een bepaalde regering wel of niet accepteert.)

5
Q

Lefort is vooral bekend om zijn stelling dat in de moderne democratie de ‘plaats van de macht’ een ‘lege plaats’ is. Wat bedoelt hij daarmee?

A

In de middeleeuwen was de koning de belichaming van de symbolische voorstelling van de samenleving. In de democratie zit NIET het volk op die plek, maar is ie leeg. Er is niemand meer die het belichaamd, want er is constante verandering. De lege plek blijft wel bestaan als een soort naspoor van de monarchie.

6
Q

Waarom zijn verkiezingen zo belangrijk volgens Lefort voor een democratie?

A

Omdat dan het politieke conflict zichtbaar wordt, omdat het volk verdeeld is. Op dat moment wordt ook een nieuwe symbolische voorstelling van de samenleving gevormd. = Paradox want de moderne democratie representeert zo de samenleving als een eenheid, die tegelijkertijd verdeeld is. (kritiek op populisme)

7
Q

Lefort noemt een kenmerkende eigenschap die alle totalitaire regimes met elkaar gemeen hebben. Wat is die eigenschap precies?

A

Totalitaire regimes erkennen de verdeeldheid van het volk niet. Hun “lege plek” wordt bezet door een leider of een partij.

8
Q

Lefort legt een verband tussen democratie en (politieke) filosofie. Wat houdt dat verband in?

A

Beide zijn veranderlijk en kennen geen zekerheid.

Democratie = post foundational (kent geen natuurlijke basis)

9
Q

Wat is volgens Lefort de oplossing van zijn probleem?

A

de herwaardering van de politieke filosofie